Prijs
Zeg, heb je ’t al gehoord van Ome Thijs?
Ome Thijs heeft een prijs in de voetbalpool
Zo begint een beroemd, maar inmiddels verjaard liedje van Wim Sonneveld. De namen alleen al. Tante Da, tante Trui en tante Mietje zijn er allang niet meer. Als je het liedje zou moeten herschrijven, zouden ze vast veel modernere namen hebben. Thijs is dan gek genoeg wel weer een moderne naam. Of een tijdloze, kan ook.
Hoe dan ook: het onderwerp is nog altijd aan de orde van de dag. Een loterij, een gokspel. Altijd leuk. Een beetje traditie eigenlijk, zo aan het eind van het jaar. Een staatslot hoort erbij en koop ik ook ieder jaar, maar eigenlijk is de decemberkalender nog leuker. Zo’n kraslotding. Je moet iedere dag een nieuw vakje openkrassen. Daar staan winterse icoontjes op. Een want, een sneeuwvlok of een sneeuwpop bijvoorbeeld. Als je genoeg van die icoontjes verzamelt, kun je tweehonderdduizend euro winnen. Maar dan moet je wel elf stuks van hetzelfde icoontje hebben. Een ster in dit geval.
Nog nooit heb ik gewonnen met zo’n spel. Niet eens in de buurt. Tuurlijk niet. Dat verwacht je ook niet. Je doet mee met zo’n spel om te zien wat voor grote oplichters het zijn. En toch ook wel een beetje voor de spanning. Rare geïmproviseerde spanning, want je wint toch niks. Dat weet je van tevoren.
Tot dit jaar. Ik was in een euforische stemming. Een paar keer per week zat hetzelfde icoontje onder het krasvlak. Een kerstbel! Als je er tien van spaart, win je zomaar twintigduizend euro. Dat is geen tweehonderdduizend, maar toch. Dat is voor mij een astronomisch bedrag. En belastingvrij! Op Tweede Kerstdag kraste ik voor de negende keer een kerstbel tevoorschijn. Ik wist het zeker. Ik zou 2020 beginnen met twintigduizend euro extra op mijn bankrekening. Ik had het in mijn hoofd al uitgegeven. Wat zal ik ermee doen? Er een splinternieuwe 8k tv van kopen? Een autootje? Of zal ik het inwisselen voor goud en als de goudprijs stijgt er nog meer geld uithalen? Of beleggen natuurlijk! Ja! Op naar de Beurs van Berlage!
Als ik u nu zou melden dat ik gewonnen had, was dit een grote anticlimax geweest. En onvoorspelbaar. Want je verwacht van zo’n stukje als dit natuurlijk dat het uitloopt op een bittere teleurstelling. Inderdaad. Nada. Naks. Nul. Helemaal niets gewonnen. Ja, toch vijf euro. Bij een extra spel. Dan moet je van vier geldbedragen twee dezelfde hebben. Nou, dat is gelukt. Wie het kleine niet eert is het grote niet weerd , luidt het rijmpje. Dus ik ben blij. Jammer dat de kalender zelf een tientje kostte.
Tradities zijn er om kapot te maken, dat is dit jaar wel weer gebleken. Dus… Geen decemberkalender meer volgend jaar. Misschien toch de voetbalpool eens proberen. Voetbal interesseert mij geen reet, maar je kunt nooit weten… Wat Ome Thijs kan, kan ik beter! Hij raakte zijn gokpapiertje kwijt, dat gebeurt mij niet!
Waar is mijn staatslot van vorig jaar eigenlijk? Die heb ik helemaal nooit gecontroleerd…






